Ik heb sinds kort een nieuwe baan. Het werk bevalt me goed en de collega’s zijn aardig. Maar ik vraag me steeds af of ik het wel goed doe en ben bang om fouten te maken. ’s Avonds ben ik totaal uitgeput.

Alle begin is moeilijk. Maar maakt deze situatie je onzeker of heb je daar vaker last van? Uit onderzoek blijkt dat 8 op de 10 mensen graag meer zelfvertrouwen willen hebben. En 60% van de managers blijkt regelmatig geplaagd door de gedachte: ‘straks komen ze er achter dat ik eigenlijk niets kan.’ Ik ga door de mand vallen’.

Het doet me denken aan een situatie in mijn eerste baan. Mijn baas kwam binnen en vroeg mij: ’Heb je even’?. Ik weet nog dat ik dacht: ‘oké ontslagen, dit was het dus”. Dat bleek achteraf mee te vallen, maar het is opvallend wat mijn eerste gedachte was. Toch wel gebrek aan zelfvertrouwen.

We zijn vaak geneigd ons zelfvertrouwen te ontlenen aan wat we bereiken. Uiteindelijk lopen we dan achter een worst aan die ons nooit de echte vervulling zal geven waar we naar smachten. Hoe vaak hoor ik niet in mijn werk; als ik die opleiding heb dan zal ik mij beter voelen, als ik dat hoge salaris heb dan kan ik echt tevreden zijn. Om er dan achter te komen dat het wel prettig is maar uiteindelijk niet datgene brengt wat je graag wilt. Wat helpt wel om je zelfvertrouwen te versterken?

Met stip op één staat zelfacceptatie. Accepteer jezelf zoals je bent met je leuke kanten en minder leuke kanten. Weet waar je goed in bent, ken je talenten maar ook je gebreken. Je bent evenveel waard als ieder ander en je voelt je niet minder. Dat minder voelen uit zich vaak in gedrag waar vrouwen last van kunnen hebben; bescheidenheid, jezelf wegcijferen en meegaand zijn. Nog even door generaliseren; onzekere mannen lijken rustig maar onder de oppervlakte zit veel woede en cynisme. Ze zien anderen graag onderuit gaan.

Daarnaast is het belangrijk dat je positief over jezelf denkt. Positieve gedachten over jezelf leiden tot een positief zelfbeeld. In plaats van de gedachte: ’als ik een fout maak ben ik waardeloos, denk je: fouten maken is menselijk, wie nooit wat doet maakt ook nooit een fout. Realiseer je dat niet iedereen bezig is met wat jij doet, maar voornamelijk druk is met zichzelf. Tot slot de tip van mijn Oma: Ai niks bint en ie loat niks blieken, bin ie twee keer niks. Recht op lopen en glimlachen dus! En veel oefenen.

Eerder verschenen in Tubantia