Op mijn werk hebben we zojuist de tweede reorganisatie achter de rug. Ik mag blijven. Aan de ene kant ben ik blij dat ik mijn baan nog heb, aan de andere kant voel ik me gedemotiveerd. De sfeer is ook niet geweldig onder de achterblijvers. Mijn omgeving snapt mij niet, ik zou opgelucht moeten zijn volgens hen.

Ik denk dat jouw reactie heel logisch is. Hoe je het ook wendt of keert, een reorganisatie is een grote verandering. Dat staat buiten kijf voor diegene die zijn of haar baan verliest. Iedereen zal daar alle begrip voor hebben. Maar jij hebt ook een grote verandering achter de rug. Je hebt waarschijnlijk tijden in spanning gezeten, moet nu afscheid nemen van collega’s waar je aan gehecht bent en misschien is de werkdruk toegenomen omdat je werk van collega’s overneemt.

Ik weet niet hoe jouw gevoelens zijn over de hele gang van zaken met betrekking tot de reorganisatie. Vind je dat de reorganisatie zorgvuldig is uitgevoerd, dan is dat sowieso een beter vertrekpunt in de nieuwe situatie. Voor je collega’s die op zoek moeten naar een baan en daarbij goed begeleid worden en voor de achterblijvers zoals jij. Maar als je het idee hebt dat er erg onzorgvuldig omgegaan wordt met jullie, dan kan ook je loyaliteit in het geding zijn. Ja, en dan kun je inderdaad een dubbel gevoel hebben over de situatie. Misschien heb je ook de gedachte dat jij weleens bij de volgende ronde aan de beurt zou kunnen zijn. En misschien voel jij je schuldig naar je collega’s die moesten vertrekken. Ook heel begrijpelijk. Dit wordt het survivor syndroom genoemd. Als jouw werkgever het goed aanpakt dan wordt er in ieder geval gezorgd voor duidelijke communicatie. Waarom is de reorganisatie belangrijk, hoe wordt bepaald welke medewerkers mogen blijven en welke moeten vertrekken? Met elkaar praten over de moeilijke situatie, erkenning en aandacht voor het feit dat het ook voor de achterblijvers een verandering is, is ook belangrijk. Een gezamenlijke activiteit kan hierbij ook een steuntje in de rug zijn.

Mocht jouw werkgever op verschillende vlakken niet thuis geven, dan is het extra belangrijk dat je goed voor jezelf zorgt. Besef dat jouw gevoelens heel logisch zijn. Bagatelliseer ze niet. Hoe cliché ook, het heeft ook tijd nodig. Blijf daarnaast actief. Oriënteer je op jezelf. Vergroot je zelfkennis, volg een training of opleiding. En blijf ook in gesprek met je collega’s en je leidinggevende. En met je omgeving zodat ze je misschien wat meer tot steun kunnen zijn.

Eerder verschenen in Tubantia